Het is geen normale situatie dat VITO niet gecontacteerd werd toen in 2017 PFOS-vervuiling in Zwijndrecht aan het licht kwam. Dat heeft gedelegeerd bestuurder van het onderzoekscentrum Dirk Fransaer gezegd tijdens een hoorzitting van de Vlaamse parlementaire onderzoekscommissie over PFAS en PFOS. "We hadden relevante kennis, minstens een telefoontje was aangewezen."
Vertegenwoordigers van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) beantwoorden vrijdag vragen tijdens een hoorzitting van de Onderzoekscommissie PFOS-PFAS van het Vlaams Parlement. De leden van de commissie stelden in de voormiddag onder meer vragen over de onderzoeksopdrachten die de instelling doorheen de jaren op zich nam binnen het thema en de tijdlijn van aanpassing in de normering van PF AS-stoffen.
Bijzondere aandacht ging naar de betrokkenheid van VITO in de periode september-oktober 2017. Bij de start van de werken aan de Oosterweelverbinding toen bleek dat de grond vervuild was met het giftige PFOS, afkomstig van de nabijgelegen 3M-fabriek. Communicatie over die vondst bleef uit.
Ook VITO werd op dat moment niet ingelicht, zeggen de vertegenwoordigers. PVDA-fractievoorzitter Jos D'Haese stelt zich daar vragen bij: "We komen bij een zeer grootschalige vervuiling, met een stof waar op dat moment al veel maar nog zeker niet alles bekend is. Is het een normale situatie dat er dan niet wordt gekeken naar VITO, die daar de accreditatie voor heeft en de referentie is op veel vlakken?"
"Ik vind dat geen normale situatie", beaamt gedelegeerd bestuurder Dirk Fransaer. "Wij worden betaald door de overheid, via (de Vlaamse milieumaatschappij, red.) OVAM en via dotaties. Wij bouwen een zekere kennisbasis op die zeker niet 100 procent is, maar rond bepaalde topics. Maar voor die topics zijn wij wel relevant."
Ook in dit dossier had VITO een bijdrage kunnen leveren, zegt Fransaer. "In het kader van dit dossier was minstens een telefoontje aangewezen. Het kan zijn dat we de kennis niet hadden en dat we alsnog moeten passen. Maar in dit geval hadden we relevante kennis, denk ik."