"De federale overheid betaalt per week zowat 25 miljoen euro voor gratis PCR-testen", zegt federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke in De Ochtend van Radio 1. "Als je daar heel secuur op zou zijn, kan je zeggen: dat is een bevoegdheid van de gemeenschappen." De federale overheid draait nu niet alleen op voor de gratis PCR-testen, maar betaalt ook een pak terug voor de zelftesten, stipt de minister aan. Op de vraag of zelftesten gratis ter beschikking moeten worden gesteld, lijkt het antwoord dus neen.

"We hebben beslist om de zelftesten ter beschikking te stellen aan de apothekers die daar uitleg over geven en die de zelftesten voor één euro verkopen aan de 20 procent mensen met de laagste inkomens", legde de minister van Volksgezondheid uit. Wie recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming bij de aankoop van medicijnen, kan in de apotheek immers zelftesten kopen aan één euro voor elk gezinslid. "Daarnaast hebben we ingezet op hele brede beschikbaarheid via de warenhuizen", vervolgde minister Vandenbroucke.

"Een reeks van verschillende bedrijven biedt die aan. Maar wij laten concurrentie spelen tussen die bedrijven en tussen het aanbod van de supermarkten, omdat we een hele brede, vlotte terbeschikkingstelling willen. We hebben geen centrale voorraad willen aanleggen die we dan moeten herverdelen, zoals we gedaan hebben met de mondmaskers", zei hij nog. De minister van Volksgezondheid leek te stellen dat die maatregelen op federaal niveau voldoende zouden zijn.

"De logica zou zijn dat als men bijvoorbeeld in het onderwijs vindt dat kinderen zich moeten laten testen, dat men er dan vanuit het onderwijs voor zorgt dat scholen gratis testen kunnen kopen (lees: vanuit de regio's, red.). Dan is er een doelgroep én een doelstelling", legde de minister uit. "Dat klinkt alsof ik de hete aardappel doorschuif, maar men moet toch ook eens rekening houden met bevoegdheden en verantwoordelijkheden", zei minister Vandenbroucke stellig.