Wie besmet is met apenpokkenvirus moet 21 dagen in isolatie, beslist expertengroep

Wie besmet is met het apenpokkenvirus moet 21 dagen in isolatie. Hoogrisicocontacten moeten niet in isolatie, maar moeten aan zelfmonitoring doen om eventuele symptomen vast te stellen. Dat stelt de Risk Assessment Group (RAG) voor, meldt het agentschap Zorg en Gezondheid vrijdag. De Risk Management Group (RMG) zal die voorstellen nog evalueren.

Er zijn in Vlaanderen tot nu toe drie gevallen vastgesteld met het apenpokkenvirus. Het gaat om twee gevallen die klinisch zijn vastgesteld en een partner van een van die twee patiënten die ook symptomen vertoont.

Wie besmet is moet dus 21 dagen in isolatie, aangezien het virus een lange incubatieperiode heeft. Hoogrisicocontacten hoeven niet in isolatie, maar moeten zelf monitoren of ze symptomen krijgen. Hoogrisicocontacten zijn onder meer huisgenoten, seksuele partners, mensen met wie er nauw contact is geweest en gezondheidswerkers die de patiënt verzorgd hebben. Verder raadt de RAG hoogrisicocontacten ook aan om extra voorzichtig te zijn met mensen met een verminderde immuniteit, zwangere vrouwen en kinderen.

Wie symptomen vertoont, moet naar de spoeddienst van het ziekenhuis gaan, waar de triage zal gebeuren.

Er zal verder gesensibiliseerd worden, in het bijzonder bij mannen die seks hebben met mannen aangezien het virus in die groep circuleert. Daarvoor zal Zorg en Gezondheid samenwerken met het expertisecentrum Sensoa. Verder wordt ook aan mensen die verschillende seksuele contacten hebben gevraagd om waakzaam te zijn.

Het apenpokkenvirus is een virusinfectie die vooral in West- en Midden-Afrika voorkomt. De eerste symptomen zijn koorts, hoofdpijn, spierpijn, rillingen en uitputting. Er kan uitslag ontstaan, die vaak begint in het gezicht en zich vervolgens uitbreidt naar andere delen van het lichaam, waaronder de geslachtsdelen. De uitslag verandert en doorloopt verschillende stadia, en kan lijken op waterpokken of syfilis, voordat er uiteindelijk een korstje ontstaat, dat er later af valt.

Het virus was eerder deze maand al opgedoken in het Verenigd Koninkrijk, Spanje, Portugal, Italië, Zweden, Canada en de Verenigde Staten. 

De RAG bestaat uit experts van de verschillende administraties van de regio's, gezondheidsinstituut Sciensano en het Instituut voor Tropische Geneeskunde.

De komende dagen verwacht de RAG nog aanbevelingen van internationale instanties als de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en het Europees Centrum voor Ziektepreventie en -bestrijding (ECDC). Op basis daarvan kunnen de regels nog aangepast worden.

Sciensano zal meer gespecialiseerde informatie verspreiden naar gezondheidswerkers. Het gezondheidsinstituut zal onder meer uitleg geven over hoe stalen moeten worden afgenomen en waar gezondheidswerkers op moeten letten.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.