Als de ziekenhuisapotheker de antiretrovirale behandeling opstart: een Amerikaanse ervaring

Tijdens de IDWeek 2023, die in oktober heeft plaatsgevonden in Boston, hebben vorsers van de ziekenhuisgroep University of Kentucky HealthCare in Lexington een retrospectieve studie gepresenteerd die leert dat het opstarten van een antiretrovirale behandeling door de ziekenhuisapotheker niet alleen het werk van de artsen in de hiv-referentiecentra verlicht, maar ook een zeer positieve impact heeft op de behandeling: de tijd tussen de diagnose van hiv-infectie en de daling van de viruslast tot een onmeetbaar laag niveau was 31 dagen korter.

Vorsers hebben een experimenteel zorgprotocol opgesteld om de behandeling sneller op te starten
Grote stedelijke centra hebben niet (meer) het monopolie van hiv-infectie. Sinds 2017 is het aantal hiv-infecties in Kentucky, net zoals in andere landelijke staten in de VS, letterlijk ontploft. Het aantal consultaties in het hiv-referentiecentrum van het ziekenhuisconglomeraat van de Universiteit van Kentucky is dan ook spectaculair gestegen, wat ook gepaard is gegaan met een gevaarlijke toename van het interval tussen het eerste contact en het starten van de behandeling. Studies hebben evenwel het belang van een snel starten van de behandeling bewezen: snellere suppressie van het hiv, lagere incidentie van opportunistische infecties, betere retentie in het zorgtraject en belangrijke preventieve waarde volgens het bewezen principe ‘niet-detecteerbaar = niet-overdraagbaar’. In 2019 heeft een ziekenhuisapotheker van het hiv-referentiecentrum een protocol opgesteld voor opstarten van de antiretrovirale behandeling door een ziekenhuisapotheker vanaf het eerste contact, om de patiënten sneller toegang te geven tot antiretrovirale middelen.

Om de waarde daarvan te evalueren, hebben vorsers een retrospectieve studie uitgevoerd die de tijd tussen het voorschrijven van een antiretrovirale behandeling en suppressie van het virus (d.w.z. onmeetbaar lage viruslast) heeft vergeleken bij volwassenen die eerst op spreekuur waren gezien door een arts van het referentiecentrum (november 2017 tot oktober 2019), en volwassenen die eerst op spreekuur waren gezien door een ziekenhuisapotheker (november 2019 tot november 2021). De studie is uitgevoerd bij 185 patiënten bij wie een diagnose van hiv-infectie was gesteld. 104 patiënten waren eerst gezien door een arts en 81 door een ziekenhuisapotheker. De gemiddelde leeftijd van de patiënten was 33 jaar. Het betrof grotendeels mannen die seks hadden met mannen (homo’s of biseksuele mannen). Circa 5% spoot drugs. De gemiddelde viruslast bedroeg 29.546 kopieën/ml in de groep gezien door een arts en 23.390 kopieën in de groep gezien door een apotheker. Het gemiddelde aantal CD4-cellen was vergelijkbaar in de twee groepen, van de grootteorde van 450/mm³. Bij alle patiënten die eerst waren gezien door een apotheker, en 60% van de patiënten die eerst waren gezien door een arts, is een drievoudige combinatietherapie met bictegravir, FTC en TAF gestart.

De belangrijkste resultaten van de studie

1)     Bij 96% van de 185 patiënten is de viruslast tot een onmeetbaar laag niveau gedaald. Bij meer dan 90% van de patiënten is de viruslast gedurende 1 jaar onmeetbaar laag gebleven tijdens het zorgtraject.

2)     De mediane tijd tussen de eerste consultatie en het starten van de behandeling was 0 dagen in de groep die eerst was gezien door een apotheker, en 31 dagen in de groep die eerst was gezien door een arts.

3)     De tijd tussen het voorschrijven van de behandeling en suppressie van het virus (60 dagen) en de mediane tijd tot verkrijgen van een viruslast < 200 kopieën/ml (45 dagen) waren vergelijkbaar in de twee groepen.

4)     Maar, en dat maakt het experimentele protocol net zo interessant, de tijd tussen het stellen van de diagnose en suppressie van het virus (d.w.z. onmeetbaar lage viruslast) was 31 dagen korter in de groep die eerst was gezien door een apotheker, dan in de groep die eerst was gezien door een arts. Die 31 dagen zijn in feite 31 ‘verloren’ dagen. 

Als de behandeling was opgestart door een apotheker, was de tijd tussen het stellen van de diagnose en suppressie van het virus dus 31 dagen korter en bleef de zorgretentie even goed. De onderzoekers raden ziekenhuizen waar het langer duurt voor de antiretrovirale behandeling wordt gestart, dan ook aan om een ziekenhuisapotheker in te zetten, om de toegang tot de zorg te versnellen en te verbeteren.

  • Griffith K. et al. IDWeek 2023, Boston.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.