Covid-19-vaccinatie werkt anders bij verschillende soorten transplantatiepatiënten

Een covid-19-vaccinatie is veilig voor transplantatiepatiënten, maar zorgt voor opvallende verschillende in de aanmaak van antistoffen en bescherming tegen een ernstige infectie met de ziekte. Dat blijkt donderdag uit een studie van UZ Leuven bij bijna 2.000 transplantatiepatiënten. Bij mensen met een levertransplantatie slaan vaccinaties goed aan, bij longtransplantatiepatiënten veel minder.

Wie ooit een transplantatie onderging, wordt beschouwd als een covid-19-risicopatiënt. Toen de vaccins midden in de coronapandemie schaars waren, kregen transplantatiepatiënten daarom voorrang in het vaccinatieprogramma van de overheid, ongeacht het type transplantatie dat ze hadden meegemaakt.

Om na te gaan hoe doeltreffend de vaccins werkten bij getransplanteerden, startte UZ Leuven een grote studie op. In totaal namen 1.878 volwassenen deel die een nieuwe lever, long, hart, nier, darm of pancreas hadden gekregen of een beenmergransplantatie hadden ondergaan. Voor het eerst werden alle transplantatiegroepen met elkaar vergeleken. 

De studie bevestigde eerst en vooral dat covid-19-vaccinatie veilig is voor transplantatiepatiënten. Er werden geen ernstige nevenwerkingen geregistreerd bij de onderzochte patiënten, die samen meer dan 4.000 prikken kregen. 

"De coronapandemie had een grote impact op het dagelijkse leven en de medische zorg van transplantatiepatiënten", zegt Jef Verbeek, hepatoloog en hoofdonderzoeker. "Er was bij onze patiënten veel ongerustheid, ook over de vaccins. Dat komt omdat zij immuunsysteem-onderdrukkende medicatie tegen afstoting van het donororgaan krijgen en daarom bijzonder kwetsbaar zijn. Maar we kunnen iedereen geruststellen: we zagen geen enstige nevenwerkingen na herhaaldelijke vaccinatie. Vaccins zijn veilig, ook na een transplantatie." 

De artsen zagen evenwel grote variatie in de mate waarin de verschillende transplantatiegroepen na vaccinatie beschermd waren tegen het virus. "Na de derde covid-19-vaccinatie bleek dat 90 procent van de mensen met een levertransplantatie antistoffen had opgebouwd", zegt hepatoloog Verbeek. "Maar bij de longtransplantatiegroep was dat minder dan de helft (48 procent). Longtransplantatiepatiënten bleken ook veruit het hoogste risico te hebben op een ernstige covid-19-infectie."

Een mogelijke verklaring voor dat verhoogd risico vonden de onderzoekers niet alleen bij het lager aantal antistoffen van longtransplantatiepatiënten, maar ook bij het feit dat het coronavirus in de eerste plaats de longen aantast. Bovendien is er na een longtransplantatie meer immuun-onderdrukkende medicatie nodig dan bij andere soorten transplantaties. "Die anti-afstotingsmedicatie is levensnoodzakelijk en kan in geen geval onderbroken of gestopt worden", zegt Verbeek. 

De onderzoekers besluiten dat covid-19-vaccinatie veilig is bij getransplanteerde patiënten, maar dat er verschillende aanpakken nodig zijn voor de verschillende groepen. Tot nu toe werden transplantatiepatiënten als een homogene groep beschouwd, maar bepaalde patiënten kunnen meer baat hebben bij extra vaccinaties, extra antivirale therapie of het toedienen van bijkomende antistoffen, blijkt uit de studie.

Lees ook: Hoge Gezondheidsraad adviseert nieuwe coronaprik voor risicogroepen

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.