Dematerialisatie geneesmiddelenvoorschrift nadert (Riziv)

Vanaf 15 september 2021 voorziet het Riziv een zachte overgang naar het “gedematerialiseerd” voorschrijven, of alternatieven voor het (papieren) bewijs van het elektronisch voorschrift.  Wat houdt deze dematerialisatie in en wat verandert er voor zorgverleners?

Waarom een dematerialisatie van het geneesmiddelenvoorschrift? Bij "dematerialisatie” gebeurt de aflevering van het voorschrift wel nog steeds in de apotheek in aanwezigheid van de patiënt of een gemachtigde van die patiënt. In overmachtssituaties kan men terugvallen op een papieren voorschrift.

De stap naar een volledige digitalisering van het voorschrijfproces is nodig. Waarom? 

De dematerialisatie:

  • maakt dat er meer tijd vrij voor de zorg van de patiënt doordat administratieve processen gedigitaliseerd worden.
  • Maakt ook een verdere empowerment van de patiënt mogelijk dankzij de extra mogelijkheden om zijn/haar voorschriften te beheren.
  • zorgt voor nog meer kwaliteit in de zorg en een nog betere vertrouwensrelatie tussen de patiënt en de zorgverleners.
  • creëert meer efficiëntie en maakt de zorginformatie toegankelijker. 

Het is daarnaast ook de bedoeling dat elke patiënt in de toekomst een actueel medicatieschema heeft. Om dit efficiënt en overzichtelijk te kunnen realiseren, is het nodig om zoveel mogelijk 1 geneesmiddel per voorschrift voor te schrijven. Tevens zal er hierdoor ook een beter beheer per geneesmiddel mogelijk zijn, zowel voor de arts, apotheker als patiënt.  Deze aanpassing stuurt aan op verdere digitalisering van het proces van het voorschrift.

Elektronisch voorschrijven is sinds 1 januari 2020 verplicht. Dus moet de voorschrijver verplicht:

  • telkens een papieren bewijs van elektronisch voorschrift uitprinten
  • en meegeven aan de patiënt.

Patiënt beslist weldra zelf

Vanaf 15 september 2021 zal de optie bestaan om als patiënt zelf te beslissen om zonder papieren bewijs van elektronisch voorschrift, het kabinet van de voorschrijver te verlaten. Dat is de keuze van de patiënt zelf en hij/zij zal dat telkens aangeven aan de voorschrijver.

Het is de taak van de voorschrijver om de patiënt goed en volledig te informeren over zijn rechten evenals mogelijkheden. De apotheker moet via zijn software in staat zijn om het voorschrift af te leveren, ook als er geen papieren bewijs van elektronisch voorschrift wordt getoond.

Wat houdt de dematerialisatie precies in en wat verandert er voor de zorgverlener?
Een werkgroep “dematerialisatie” is sinds 2018 aan de slag om alternatieven te zoeken voor dit (papieren) bewijs van elektronisch voorschrift. De werkgroep kondigt aan dat op 15/9/2021 een zachte overgang wordt voorzien naar het “gedematerialiseerd” voorschrijven.

Meer info over dit proces van dematerialisatie en wat er precies wijzigt voor de voorschrijver, voor de apotheker en voor de patiënt, vindt u uitgeschreven in deze pdf.

Dit zijn alvast de voordelen voor de arts:

Meer tijd voor de zorg van de patiënt; - Zorg op afstand wordt gemakkelijker;  biedt opportuniteiten -

Herhalingsvoorschriften kunnen sneller worden verwerkt;

- Makkelijker opvolgen van de therapietrouw (nakijken of een geneesmiddel effectief wordt afgehaald; op de meeste voorschriften zal slechts 1 geneesmiddel staan);

- Patiënten die kiezen voor een digitalisering zullen hun voorschriften zelf kunnen beheren en een goed overzicht hebben om met de arts te bespreken;

- Minder printen voor patiënten die hiervoor kiezen.

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.

Laatste reacties

  • Marc DE MEULEMEESTER

    06 april 2021

    Meer tijd om te spenderen aan andere elektronische verplichtingen aan de administratie , NIET aan de patiënt , of wat had U gedacht ?